In de boot die aangesloten is aan de stroompaal op de haven blijkt ineens geen spanning meer binnen te komen. Alles wordt gecontroleerd, stroomkast automaat, stekkers, zekeringen en aardlekschakelaar. Alles lijkt in orde, maar je krijgt geen spanning binnen.
Kijk dan eens naar de aansluitkabel. Na jaren intensief gebruik is deze kabel tijdens die jaren aan hoge temperaturen door de zon blootgesteld. Je rolt hem soms nog stevig op om hem op te bergen en dan is het toch helemaal niet gek dat de binnendraden breken of sluiting gaan maken.
Meestal is de isolatie van de kabels die wij gebruiken van PVC of Neopreen. Hieronder staan twee tabellen met de eigenschappen van PVC en Neopreen.
De twee verschillende kabels kan je aan een code herkennen. Dit zijn de NEN-normen.
PVC heeft de code H05VV-F. H05= Maximale spanning 300Volt VV= PVC buitenmantel en PVC binnenmantel F= Buigzame kabel.
PVC (polyvinylchloride)
(verkrijgbaar in een groot gamma van mengelingen) - zeer goede mechanische eigenschappen - uitstekende weerstand tegen het verouderen - vochtbestendig - goed bestand tegen olie en chemische stoffen onder andere zuren en logen, geringe weerstand tegenover oplosmiddelen. - niet licht ontvlambaar en niet-brandverspreidend - alle samenstellingen zijn mogelijk: van de meest soepele tot de meest stijve - maar: de soepelheid is afhankelijk van de temperatuur
Neopreen heeft de code H07RN-F H07= maximale spanning 450Volt R= Buitenmantel van Neopreen N= Aderisolatie van synthetisch rubber F= Buigzame kabel
PCP (polychloropreen) neopreen
- uitstekend bestand tegen materiaalmoeheid na veelvuldig plooien en buigen - zeer goede mechanische eigenschappen (trekkracht, scheur- en schuurvast) - uitstekende weerstand tegen het verouderen - blijft soepel bij verschillende temperaturen - goed bestand tegen zuren, logen, vetten, ozon. Matig bestand tegen oplosmiddelen, aromatische oliën, ester, ketone en aldehyde - behoudt zijn flexibiliteit binnen een groot temperatuurbereik (- 20 °C tot + 75 °C)
Achter de code staat de diameter van de geleiders. Voor een kabel die wij gebruiken moet dat altijd een drie aderige kabel zijn. Meestal 1,5 of 2,5mm² per ader. De aanduiding achter de kabelcode is dan 3x1,5 of 3x2,5. Er zou ook 3G1,5 of 3G2,5 kunnen staan. De G geeft aan dat er in de kabel een aardedraad zit die de kleur geel/groen heeft.
De stroom die een 1,5mm² ader mag hebben is ongeveer 10Amperre. (2200Watt)
De stroom die een 2,5mm² ader mag hebben is ongeveer 16Amperre. (3600Watt)
Aanduidingen op de kabel: |
Aanduiding van het type
A erkend nationaal type H geharmoniseerd type
Nominale spanning U0/U
1 100 / 100 Volt 3 300 / 300 Volt 5 300 / 500 Volt 7 450 / 750 Volt
Isolatiematerialen van de geleiders
B EPR (ethyleen propyleen rubber) E PE (polyethyleen) G EVA (ethyleen vinylacetaat copolymeer) N2 chloropreen rubber voor laskabel R natuurlijk rubber S silicone rubber V PVC (polyvinylchloride) V2 PVC + 90°C V3 PVC koud flexibel V4 vernet PVC X vernet PE (polyethyleen), XLPE
Isolatiematerialen van de binnen- en buitenmantel / omvlechting
B EPR (ethyleen propyleen rubber) J Glasvezel omvlechting N Chloropreen rubber N2 Chloropreen rubber voor laskabel N4 Chloropreen rubber hittebestendig Q Polyurethaan R Rubber
|
T Textielomvlechting V PVC (polyvinylchloride) V2 PVC + 90°C V3 PVC koud flexibel V4 Vernet PVC V5 PVC met verbeterde weerstand tegen olie
Bijzonderheden aangaande de constructie
C4 koperen afschermingsvlecht D trekontlasting H vlakkabel met scheidbare geleiders H2 vlakkabel met niet-scheidbare geleiders H6 vlakkabel met niet-scheidbare geleiders voor liften H8 spiraalkabel
Constructie van de kern
D soepele kern voor laskabel E extra soepele kern voor laskabel F soepele kern klasse 5 (flexibele toepassing) H soepele kern klasse 6 K soepele kern klasse 5 (statische toepassing) R samengeslagen (gekableerde) kern U massieve kern Y vlecht van fijne linten
Aantal geleiders
Aardingsgeleider
G één geel/groene aardingsgeleider X geen geel/groene aardingsgeleider
Doorsnede in mm2
|
Ook het monteren van de stekkers aan de kabel is een precisie werk. De buitenmantel moet netjes onder een trekontlasting gemonteerd zijn, zodat als er aan de kabel getrokken wordt, deze kracht niet op de aansluiting van de stekker pennen van de stekker komt te staan. Op de uiteinde van de aders zouden adereindhulzen geknepen moeten worden voordat ze in de stekker gemonteerd worden. Dit voorkomt dat bij het aandraaien van de schroefjes van de klembussen in de stekker er adertjes kapot gaan en een slechte verbinding kan ontstaan. Ook moet altijd de waterkering van de stekker gemonteerd zijn, zodat de stekker drupwaterdicht is. Zou je dit niet doen, dan zou het resultaat kunnen zijn dat de aardlek regelmatig gereset moet worden als het regent.
 |
 |
 |
 |
 |
Adereindhuls monteren Door kabel aan te strippen en de juiste kleur adereindhuls te monteren |
Met tang de adereindhuls monteren |
Aangeknepen adereindhuls |
Verschillende maten adereindhulzen |
Adereindhuls tang |
 |
|
 |
|
 |
Trekontlasting goed vastzetten |
|
adereindhuls in stekker |
|
Het op de juiste plek afsnijden van waterkering zodat kabel goed klem in de kering past. |
 |
DIN-kleurencodes
Door normering kan aan de kleur van de isolatiekraag de bijbehorende kabeldoorsnede worden herkend. Zo is bijvoorbeeld een huls voor de kabeldoorsnede 1,5 mm² voorzien van een zwarte isolatiekraag. Hierdoor worden verwisselingen uitgesloten en wordt de bedrijfszekerheid van installaties verhoogd.
|
|